Onroerende zaakbelastingen niet-woningen

bedragen x € 1 miljoen
	realisatie				begroting
kostensoort	lasten 2020	baten 2020	lasten 2021	baten 2021	lasten 2022	baten 2022	lasten 2023	baten 2023	lasten 2024	baten 2024	lasten 2025	baten 2025	lasten 2026	baten 2026
belasting		19,4		20,5		21,7		23,2		23,7		24,3		24,8
totaal	0,0	19,4	0,0	20,5	0,0	21,7	0,0	23,2	0,0	23,7	0,0	24,3	0,0	24,8

Dit zijn de inkomsten uit de onroerende zaakbelasting (Ozb) van bedrijfspanden. Er zijn twee soorten belastingen:

Een belasting voor eigenaren van het pand. Dit is ongeveer 58% van de inkomsten op deze activiteit.
Een belasting voor de gebruikers van het pand. Dit is ongeveer 42% van de inkomsten op deze activiteit.

Is deze activiteit door ons beïnvloedbaar en zo ja, in welke mate?

Deze activiteit is:

volledig beïnvloedbaar

Wij kunnen de belastingopbrengsten beïnvloeden door het tarief aan te passen. De gemeenteraad gaat hier zelf over. Er zijn geen regels of wetten die de gemeente hierin beperken. Wel is in het coalitieakkoord afgesproken dat de belastingtarieven in principe niet meer mogen stijgen dan de jaarlijkse inflatie. Naast verhoging van het tarief kunnen we het tarief ook verlagen of niet heffen.

We zouden er ook voor kunnen kiezen om bij leegstand van een bedrijfspand geen Ozb op te leggen aan de gebruiker, maar aan de eigenaar van het pand. Dit betekent dat wij geen inkomsten mislopen bij leegstand van een pand. Het risico van leegstand ligt dan bij de eigenaar van het pand.

Maatschappelijke gevolgen

De inkomsten die wij ontvangen uit de Ozb zijn belangrijk omdat dit geld naar de algemene middelen gaat. Geld in de algemene middelen mogen we vrij besteden. Dit betekent dat we zelf mogen weten waar we het aan uitgeven, bijvoorbeeld aan sport. Als er minder geld in de algemene middelen zit, kunnen we dus minder uitgeven.

Wat zijn de externe factoren (risico’s) die de activiteit kunnen beïnvloeden?

Als gevolg van de economische ontwikkeling bestaat de kans dat er meer leegstand is in bedrijfspanden. De belasting voor de gebruiker kan dan niet worden opgelegd. De inkomsten van de gemeente dalen hierdoor.
Als gevolg van de economische ontwikkeling bestaat de kans dat niet-woningen hoger of lager worden gewaardeerd waardoor de Ozb-opbrengsten in het lopende jaar hoger of lager zijn dan begroot. Dit effect wordt dan bij de volgende begroting gecorrigeerd door het tarief aan te passen waardoor de opbrengsten alleen stijgen met de jaarlijkse inflatie. Dit noemen we het weegschaaleffect.